Meer antwoorden.

Op basis van welke argumenten het college besloot om geheimhouding (van het taxatierapport) op te leggen, is niet bekend. Omdat het besluit in een besloten bijeenkomst werd genomen en de raad zwijgplicht kreeg opgelegd.

Op basis van welke argumenten de raad de opgelegde geheimhouding meende te moeten bekrachtigen is evenmin duidelijk. Omdat het besluit daartoe ook tijdens een besloten bijeenkomst werd genomen en ook voor die bijeenkomst een zwijgplicht gold.

Op basis waarvan de raad weigerde haar eerdere besluit ongedaan te maken is echter wel duidelijk, omdat dit raadsbesluit wel openbaar werd gemaakt en de redenen voor het besluit (zoals dat hoort) in het besluit stonden vermeld.

Het zijn zonder uitzondering drogredenen.

De belangrijkste drogreden is, dat het taxatierapport betrekking heeft op de totale gebiedsontwikkeling van het REZ en dat het rapport dus pas openbaar gemaakt kan worden als het gehele project is afgerond.

De taxatie betrof een door Orez voorgestelde exploitatieopzet voor het REZ en had tot doel “te bewijzen dat deze exploitatieopzet marktconform was”.

Zodra ogenschijnlijk dat doel bereikt was, was voor de gemeente de weg vrij om met Orez bv een Anterieure Overeenkomst af te sluiten. Waarin hetgeen er was voorgesteld in de exploitatieopzet, zou worden vastgelegd in de Anterieure Overeenkomst en zo is ook geschied.. .

Zodra die Anterieure Overeenkomst was afgesloten (20 november 2018) verviel de noodzaak om het taxatierapport nog langer geheim te houden. Het rapport had immers (ogenschijnlijk) zijn taak vervult.

Vanaf het moment, dat de Anterieure Overeenkomst van kracht werd, bepaalde die overeenkomst (en niet de taxatie) wat er tussen partijen was afgesproken.

Het advies om het taxatierapport geheim te houden is afkomstig van de maker van het rapport, de firma BaseValue. Kennelijk was men zich er van bewust, dat het rapport niet het bewijs leverde, dat het geacht werd te leveren. Namelijk, dat de exploitatieopzet van Orez bv marktconform was.

Openbaarmaking van het rapport kan op geen enkele manier van invloed zijn op de onderhandelingspositie van de gemeente. Het betreft namelijk de taxatie van de door Orez bv ingediende exploitatieopzet. Welke opzet inmiddels in bezit is van de huidige eigenaar van Orez bv, Droomparken.

Fractievoorzitter van de VVD, D. Stomp is dezelfde opvatting toegedaan en laat dat ook tijdens de vergadering weten, maar stemt niettemin voor het in stand houden van de geheimhouding.

De enige logische reden voor geheimhouding van het rapport is, dat het niet datgene bewijst wat het college beweert dat het bewijst. Dat de door Orez bv voorgestelde exploitatieopzet marktconform was.

Een feit, dat de raadsleden zelf hebben kunnen vaststellen, toen zij vanaf 28 juni 2021 het taxatierapport mochten inzien.

Raad en college collaboreren derhalve, om een door het college gegeven valse voorstelling van zaken geheim te houden.

Vragen en antwoorden.

Ik sloot 2021 af met de boude bewering, dat de gemeenteraad van Enkhuizen zich medeplichtig had laten maken aan een misdrijf. Daarom wat vragen en antwoorden waarmee ik die bewering wil staven.

Allereerst, waarom spreek ik van een misdrijf? Omdat er (in het kader van de herinrichting van het recreatieoord) onder valse voorwendselen verplichtingen zijn aangegaan t.o.v. Orez bv.

Waaruit bestonden die valse voorwendselen? Uit de bewering van het college, dat de met Orez bv (onderhands) overeengekomen voorwaarden, marktconform waren.

Wat waren de gevolgen van dat misdrijf? Dat ongeoorloofde overheidssteun werd verleend aan Orez bv, met als direct gevolg, dat de gemeente Enkhuizen voor miljoenen euro’s werd benadeeld.

Wie is verantwoordelijk voor het misdrijf? Degene die de valse verklaring omtrent de marktconformiteit heeft afgelegd, het college van Enkhuizen.

Waaruit blijkt, dat die voorwaarden niet marktconform waren? Allereerst uit de inhoud van het taxatierapport van BaseValue en de daarin gebruikte methodiek om het bewijs van marktconformiteit te leveren.

Maar ook uit een door Droomparken ingediende exploitatieopzet, waarin een gebiedswaarde werd berekend die 30 miljoen hoger lag, dan de waarde die de gemeente als zijnde marktconform had aangehouden.

Wie was de bevoordeelde van dit misdrijf? Aanvankelijk, was dat Orez bv, een rechtspersoon zonder personeel en een eigen vermogen van € 200,- . Uiteindelijk, de koper van Orez bv en huidige eigenaar. Droomparken.

Kunnen de gevolgen van dit misdrijf ongedaan worden gemaakt? In theorie kan dat, maar alleen als er eerst wordt aangetoond, dat er sprake is geweest van een misdrijf.

De direct verantwoordelijken voor het misdrijf (het college) zullen uiteraard proberen te voorkomen, dat dit bewijs kan worden geleverd. Met als meest in het oog springende voorbeeld, de gemeenteraad er toe over te halen om het taxatierapport (dat zogenaamd het bewijs van marktconformiteit was, maar dat in werkelijkheid niet is) geheim te verklaren.

Is daarmee de kans verkeken, dat (door toedoen van de raad) het bewijs van een door een college gepleegd misdrijf geleverd wordt? Nee, tegen het raadsbesluit kan bezwaar worden gemaakt en van die mogelijkheid is gebruik gemaakt.

Wat is de grondslag van dat bezwaar? Dat de redenen voor geheimhouding op drogredenen berusten welke in een hoorzitting op 6 januari naar voren zullen worden gebracht.

Wat gebeurd er als de gemeenteraad de ingebrachte bezwaren (om wat voor reden dan ook) afwijst? Dan worden de bezwaren aan de bestuursrechter voorgelegd met het verzoek de raad op te dragen een nieuw besluit te nemen inzake de geheimhouding.

Wat zijn drogredenen? Redeneringen die aannemelijk lijken, maar niet juist zijn.

Bestaat er, los van het opheffen van de geheimverklaring van het taxatierapport nog een andere manier om het misdrijf te bewijzen? Ja, sinds 28 juni 2021 zijn er documenten vrijgegeven met behulp waarvan het bewijs (van een door het college gegeven valse voorstelling van zaken) kan worden geleverd.

Waarom is de gemeenteraad medeplichtig? Omdat ze sinds 28 juni kennis heeft genomen (of had moeten nemen) van de taxatie van de exploitatieopzet (welke de gemeente op voorhand had geaccepteerd als zijnde marktconform) en de (in opdracht van Droomparken vervaardigde) exploitatieopzet voor precies dezelfde werkzaamheden.

Zodoende in staat was om de beide berekeningen met elkaar te vergelijken. Om het vervolgens na te laten om de enig logische conclusie uit die vergelijking te trekken. Namelijk, dat een verschil van 30 miljoen euro tussen beide berekende waarden het het onmogelijk maakt, om de laagste waarde tot marktconform te verklaren.

Door haar besluit (in besloten bijeenkomsten en onder zwijgplicht over wat er tijdens die bijeenkomsten werd besproken) het taxatierapport (voor onbepaalde tijd) geheim te verklaren heeft de raad getracht om een vergelijking tussen de beide exploitatieopzetten onmogelijk te maken en te verhinderen, dat langs die weg het bewijs van een door het college geleverde wanprestatie, dan wel misdrijf kan worden geleverd.

Dat feit maakt haar medeplichtig aan de wanprestatie/misdrijf.

Morgen meer vragen en antwoorden.

.