Punt vijf van de risico analyse wat betreft de ontwikkeling van het recreatieoord vermeldt “Geen draagvlak voor totale herontwikkeling”.
Dat risico wordt als “laag” ingeschat.
Als beheersmaatregel (die tot doel heeft het risico op dit onderdeel te verminderen) werd o.a. geadviseerd “betrekken stakeholders en bevolking bij herontwikkeling gedurende de planvorming en realisatie.”
Naar aanleiding van dit punt stelde Slier (VVD) de vraag of er met de stakeholders was gesproken. Wethouder de Jong antwoordde blijmoedig dat dit het geval was geweest, waarop Slier tevreden in zijn schulp terug kroop.
Voor hem wat kennelijk voldoende te weten dat er gesprekken hadden plaatsgevonden. Over de inhoud van die gesprekken verder geen vragen.
Maar juist de inhoud van die gesprekken zijn van wezenlijk belang en de stakeholders zijn aanzienlijk minder blijmoedig dan wethouder de Jong. Sterker nog , men ergert zich aan de vrijblijvendheid van die gesprekken.
Het gehele project valt of staat met de verhuizing van de camping. Dat onderdeel moet als eerste geregeld zijn. De gemeente heeft op dat punt nog geen concrete stap ondernomen, anders dan het verspreiden van geruchten.
Men had gedurende de afgelopen 5 jaar toch op zijn minst een indicatie kunnen vragen voor wat betreft de kosten van het inrichten van een nieuwe camping. Aanleg van riolering en elektra. Sanitair gebouwtjes, etc etc.
Maar misschien heeft men wel een indicatie gevraagd, maar is dat informatie die men liever niet met de raadsleden deelt. Die zou op basis daarvan misschien tot de conclusie kunnen komen dat de kosten dusdanig zijn dat het hele project op losse schroeven komt te staan.
Er is echter een ontsnappingsclausule voor de gemeente.
Als er geen exploitant voor de nieuwe camping wordt gevonden hoeft de nieuwe camping ook niet te worden aangelegd.
De huidige campingbewoners zijn zich dat ook bewust. Zelfs al zouden ze in principe bereid zijn tot verhuizing, dan nog is er geen enkele garantie dat de nieuwe camping er ook daadwerkelijk komt.
Men moet er dus rekening mee houden dat de huidige bewoners van de camping zich met hand en tand zullen verzetten tegen een verhuizing. Dat het risico dat dit zal gebeuren niet “klein”, maar juist heel groot is.
Wat voor de camping geldt, geldt ook voor de ander stakeholders zoals de zeilschool en de midgetgolfbaan.
Kortom, het vraagje van Slier (en het antwoord daarop van de wethouder) is volkomen betekenisloos.
Als je op basis van dat soort van algemeenheden een “go” besluit neemt, dan vraag je om problemen.